Engeland 2006 (v) week 2

EERST DE KEUKENS, DAN DE MEISJES…

Een deel van het telefonisch verslag van 29 juli staat hieronder nog een keer herhaald. Het is de afsluiting van week 1 en de start van week 2!

Vrijdag 28 juli
Al een kilometer of tien tevoren staan er borden met Nailer langs de weg. Ze komen er om een uur of zes aan. De subkampen zijn allemaal al opgebouwd, maar er zijn nog geen andere groepen: de officiële aankomst is pas op zaterdag. Ze worden verwelkomd door “Fräulein Debby”, gehuld in een Duitse vlag. Ook de andere subkampstafleden hebben een Duitse naam. Hoewel het ontzettend aardig is dat ze proberen de ontvangst zo goed mogelijk in thema te doen, roept het bij de jongens natuurlijk de te verwachten reactie op van “Schade Deutschland, alles ist vorbei”… Het kost enige moeite om de subkampstaf uit te leggen dat de “Rhine” niet alleen in Duitsland stroomt, maar ook in Nederland, en zelfs langs Oosterbeek!
Het ziet er allemaal erg goed uit. Er ligt een grote berg geschild en gepunt pionierhout klaar op hun kampterreintje. Arno, Robert en Martijn beleggen een heuse vergadering om de plek van de tenten vast te stellen en komen tot de conclusie dat het terreintje net te klein is. Ze krijgen er van de subkampleiding meteen een stukje bij, niemand doet daar moeilijk over. Verder is het trouwens een erg mooi terrein. Tegen acht uur staan de tenten, en om negen uur eten ze lekkere rijst met goulash.
Na de afwas moeten ze afscheid nemen van de chauffeur. Ignace houdt deze keer de toespraak. Ze geven geld en natuurlijk een relatiegeschenkje. Het was een hele aardige, prettige chauffeur die erg leuk deed met de jongens. Hij kon het vooral goed vinden met Thal, die uiteindelijk met viltstift een extra tatouage op zijn arm mocht schrijven: “Holland”. Hij gaf aan de volgende keer deze groep wel weer te willen rondrijden.
Om half elf volgt nog een verhaal van Geurt. Het is een moeilijk maar erg mooi verhaal dat de jongens ademloos volgen. Ze praten er overdag nog geregeld over na. En dan snel naar bed. Nailer is voor hen nu al begonnen!

Zaterdag 29 juli
Het is de bedoeling om vandaag lekker uit te slapen, maar om half negen is iedereen klaar wakker. Het is veel te warm om in de tent te blijven liggen. Opnieuw veel zon en een stralend blauwe lucht. Heerlijk dat ze vandaag de tenten kunnen laten staan… 🙂
Er moet nog wel gewerkt worden. Ze verdelen het pionierhout en gaan opgewekt in de blote bast beginnen met het opbouwen van de keukens. Halverwege eten ze een hamburgertje. En dan komen de andere groepen aan. De jongens zijn natuurlijk erg enthousiast: “mooie wijven” (tsja)! Job, Simon en Jamie rennen meteen naar de wc om hun haren nat te maken en mooi op te kammen… Helaas voor hen moeten de keukens écht eerst worden afgemaakt. Maar dat gaat nu extra snel. ’s Middags hebben ze vrij en kunnen ze naar hartelust kennis gaan maken met de andere kampdeelnemers. De leiding zet ondertussen de poffertjeskar in elkaar en natuurlijk de zwevende vlaggenmast.
In de loop van de middag gaat het steeds harder waaien en wordt het ook kouder. Het ziet er naar uit dat ze een weersomslag krijgen, maar de “locals” zeggen dat dit soort stormpjes wel vaker voorkomt zonder dat het erg is. Afwachten maar.
Ondertussen hebben ze ook hun subkampmaterialen gekregen: de jongens groene dassen met een gele rand, de leiding gele dassen met een groene rand. Verder heeft iedereen een armbandje: de jongere jongens een groene, de oudere jongens een donkergroene en de leiding een zilveren. Aan de hand van die armbandjes krijg je gedurende de komende week toegang tot verschillende activiteiten.
De jongens hebben inmiddels al het nodige geswopt en ook al heel veel contacten opgedaan. Er zijn al thee-afspraken gemaakt (onderdeel van het insigne internationaal) en ze hebben gevoetbald met de buren. Die buren verzorgen ook de hospitality en nog steeds is de boodschap: “het komt goed”. Nader bericht volgt… 🙂

EEN KLOMPJE VOOR TIEN BADGES

Dinsdagavond, kwart voor zeven. Eindelijk gaat de telefoon. Dat halen we dus niet vóór zeven uur… Probleem: er is in de wijde omtrek van het kampterrein geen telefooncel te vinden! Dus moeten ze met de Laro naar Northampton om te bellen en om de foto’s te mailen. Maar het is ook vandaag weer gelukt.

Eerst iets over Nailer
Er zijn zo’n 2.000 à 3.000 deelnemers, waaronder als “internationals”: 1 Amerikaan, 1 Deen, een aantal Ieren én de OPV-Schoonoord! De jongens vallen dus behoorlijk op.
Het kamp is verdeeld in subkampen, onze groep staat met 23 andere groepen in subkamp “Rhine” [het zal wel nooit meer wat worden met die link op internet… 🙂 ]. In totaal ongeveer 400 mensen. De subkampleiding heeft het thema “Rhine” erg leuk doorgevoerd, ze spelen zelf regelmatig dat ze Duitsers zijn (“Herr Dave” en “Fräulein Debby” en zo). Dat de Rijn ook door Nederland en zelfs langs Oosterbeek stroomt is waarschijnlijk nieuw voor hen, maar ze bedoelen het erg goed en ze hebben er het juiste postuur (inclusief snor) voor.
Ze kamperen binnen de renbaan, op de plattegrond in het kampboekje zie je die heel goed liggen. De renbaan zelf is wel 2,5 km lang.
Op het hoofdterrein zijn elke dag heel veel activiteiten te doen. Genoemd zijn onder meer: een grote glijbaan, springkussen, botsauto’s, lasergun schieten, een groot aantal klim-muren (waaronder enkele met ijshaken), een valkenier met veel roofvogels, “BMX-en” (of “quads”; soort mini-motorfietsjes), bioscoop, grote bus met pc-spelletjes, een knutseltent met allerlei handenarbeidactiviteiten (niet zo in trek bij onze jongens), een tent met allerlei behendigheidsspelletjes, een vliegsimulator (héél erg in trek!), een café (met redelijke prijzen), een ScoutShop(je), pizzatent, ijscoboer en een snoepwinkeltje. Voor deze activiteiten heb je géén tickets nodig, je mag gewoon aansluiten in de rij en dan ben je meestal heel snel aan de beurt. Er komen elke dag een paar nieuwe activiteiten bij.
Vlakbij het terrein liggen twee meertjes (van ongeveer een meter diep), waar een aantal wateractiviteiten worden georganiseerd (roeien, kanoën); daar heb je wél aparte tickets voor nodig, maar de jongens hebben er tot nu toe weinig belangstelling voor getoond.
’s Avonds is er op het hoofdpodium eigenlijk altijd wel live-muziek en in de subkampen zijn discotenten.
Officieel is er elke dag een ander thema (sport, internationaal e.d.), maar daar merk je in de praktijk weinig van. Elke dag is wat programma betreft ongeveer hetzelfde.

Zaterdag 29 juli
Om half zes gaan ze koken: aardappelen, spek en doperwten zodat ze op tijd klaar zijn voor de opening. Er zijn vanavond twee openingen: die van het subkamp en die van het totale kamp.
De subkamp-opening begint om zeven uur.  Alle 400 subkampdeelnemers melden zich in een grote kring. De jongens maken zoals gebruikelijk veel indruk: klompen aan, de mooi opgeschilderde poffertjeskar-met-vlag is natuurlijk mee en ze maken een heleboel herrie. Helaas is er een slechte geluidsinstallatie: de openingstoespraken zijn niet te verstaan. Elke groep moet een afgevaardige sturen voor de “vredesduiven” (bij ons: Sjoerd Q); zij komen aanlopen met stokken met witte papieren duiven er aan. Ze hebben allemaal een spuitbus met gekleurde verf en moeten vervolgens de duiven van de anderen kleurig volspuiten. Dat ziet er erg leuk uit.
Ze staan tegenover een echte Engelse, degelijke, gedisciplineerde waterscoutinggroep. Hun leiding geeft commando’s, de jongens lopen keurig in de maat en in het gelid. Bij het “op de plaats rust” leggen ze hun matrozenpetten voor zich op de grond. Dit brengt Sam tot de uitspraak: “zullen we er geld inleggen?” Erwin en hij krijgen wat pennies en ze voegen de daad bij het woord. De groep stelt het niet zo op prijs… 🙂
Daarna volgt een leuke activiteit. Per groep krijgen ze drie bladzijden vragen, zoals: “zoek iemand met rood haar”, “zoek een buitenlander”, “maak met iemand een eetafspraak”, “zoek iemand die anders is dan jij” en vraag die persoon een handtekening. Het wordt één grote gezellige chaos, iedereen loopt enthousiast door elkaar heen.
Hierna is de centrale opening. Ze lopen luid herriemakend voorop (“hello, here are coming The Dutch” en zo), op klompen, met logobord en poffertjeskar. Dit trekt natuurlijk veel bekijks. Het is dan nog loeiheet. Er speelt een live band en het gaat er ongedwongen aan toe. De kampleiding stelt alle subkampleiding voor, ze doen de wave en een meisje hijst de vlag. Waarmee het kamp geopend is! Het is niet echt spectaculair maar het duurt gelukkig niet lang. Traditioneel dragen ze één van de verkenners op het logobord: dit jaar is Mitchell de gelukkige.
De rest van de avond krijgen de jongens vrij; er is live muziek op het hoofdpodium, en er zijn allerlei disco’s in de subkampen. Een aantal vindt dat erg leuk (Sem bijvoorbeeld: hij staat in zijn eentje op een stoel te swingen in de disco), anderen juist weer niet. Ook Sam, Mark, Willem en Sjoerd S swingen dat het een lieve lust is. Ignace heeft net leuk contact met een Engels meisje als de anderen het gaan verpesten door rare Nederlandse woorden te roepen.
Tegen elven zijn ze terug bij hun eigen kamp. Het is koud, het waait en het (slag)regent inmiddels. Gelukkig is er nergens lekkage.

Zondag 30 juli
Om acht uur gaat de wekker, maar ze zijn allemaal al eerder wakker door de herrie van de buren. Probleem: voor de Engelsen is het kamp nog maar net begonnen, ze zijn allemaal nog enorm fit. Onze jongens zijn al ruim een week onderweg en dus moe…
Om negen uur is de “flag break”, de subkamp-opening-van-de-dag. Ook nu staan ze weer naast de goed opgevoede Engelse waterscouts. Bij de roep “troop alert” van de Engelse leiding, doen onze jongens braaf mee…
“Herr Dave” heeft een aantal mededelingen die vanwege de gammele geluidsinstallatie nog steeds niet te verstaan zijn. De jongens gaan vervolgens kijken wat er allemaal op het kamp te doen is.
In eerste instantie doen ze nog niet veel. Ze lopen meer in het eigen kamp dan dat ze bij activiteiten zijn. Ze krijgen daarom de opdracht om tevoren aan te geven wat ze van plan zijn en om na afloop er over te vertellen. Dat helpt: vanaf dat moment gaan ze enthousiast met alles meedoen.
Ondertussen is er natuurlijk ook genoeg tijd voor andere dingen. Rens en Sjoerd Q blijken fanatieke swoppers. De koers voor één klompje is inmiddels tien badges!
Op het subkamp is een voetbalcompetitie georganiseerd, waarvan vandaag de eerste wedstrijd is. Wij winnen met 3-0!
Om 13:00 uur is de lunch, waar maar liefst twaalf jongens te laat arriveren. Jammer voor hen: voor straf moeten ze ’s avonds anderhalf uur eerder op het kamp terug zijn. Regels blijven regels…!
’s Middags gaat de leiding zelf ook even op onderzoek uit naar alle activiteiten, zodat ze precies weten wat er allemaal te doen is en ze de jongens wat makkelijker kunnen adviseren.
Voor ’s avonds staat een grote subkampbarbecue op het programma. De subkampleiding zou de barbecues regelen, de groepen zouden zorgen voor de juiste ingrediënten maar helaas… ook in Engeland is het warm en droog en de brandweer geeft geen toestemming. Daarom houdt iedere groep een barbecue op het eigen kampterrein. Henk en Arno braden voor iedereen het vlees.
’s Avonds hebben de jongens weer vrij. De twaalf “zondaars” zijn anderhalf uur eerder terug op het kampterrein, maar vinden dat helemaal niet erg. Ze hebben namelijk een Engels jongetje gevonden dat heel makkelijk Nederlandse woorden leert (één van de eisen van het insigne internationaal)! Al gauw hoor je hem “lelijk meisje” en meer van dat soort uitdrukkingen zeggen. Hij lijkt wel een vertaalmachine, maar het is erg gezellig. Als beloning krijgt hij een oranje t-shirt. Thal merkt overigens op dat “te laat komen helemaal niet erg is, het is veel gezelliger in het subkamp”! Ondertussen hebben ze al erg leuke contacten met de buren. Over en weer gaat iedereen bij elkaar op bezoek.
Tegen half elf gebeurt er nog iets spannends. Bij een groep verderop in het subkamp staat een gasfles in brand. Natuurlijk is dat vervelend (er blijkt later ook nog een tent te zijn afgebrand) en natuurlijk is het goed dat er actie wordt ondernomen, maar de paniek bij de organisatie is wel héél erg groot.
Onze jongens vinden het alleen maar interessant. Eerst moet het subkamp worden geëvacueerd, en daarna zelfs het hele kamp (ook degenen die er een kilometer van af zitten). Ze verzamelen in de grote centrale tenten. Sommige kinderen in pyama, andere in tranen. Maar onze jongens vinden het alleen maar spannend. De brandweer arriveert, evenals de politie, maar meer gebeurt er niet. Om kwart voor twaalf ligt iedereen weer in zijn eigen tent in zijn eigen bed…

Maandag 31 juli
Ook vandaag staan ze om acht uur op. Na het ontbijt gaan de jongens meteen weer naar de activiteiten. Het thema voor vandaag is “sport”, maar daar merk je dus niet vel van. De leiding gaat ondertussen wel ander half uur lang met hulp van Sjoerd Q het geld uitzoeken voor het Grote Gala Gokfestival van dinsdag. Voor dat spel, dat ze voor het hele subkamp organiseren (zie uitleg bij dinsdagavond), hebben ze voor 24 groepen ieder 5.000 “rhines” (zelfverzonnen munteenheid) afgedrukt, die moet worden uitgezocht.
’s Middags verwachten ze “internationals”, VIPS en hospitalityouders. Het verzoek van de kampleiding is dan ook om het kamp netjes op te ruimen. Ze maken de poffertjeskar klaar en rekenen op ongeveer 25 man bezoek. Maar het valt tegen, er komt om onduidelijke redenen bijna niemand. Wel hebben ze vast met twee gastouders kennisgemaakt.
Het is ondertussen wél leuk dat de lokale televisie de hele midag aanwezig is. Ze filmen alle activiteiten en ze interviewen Dennis. Ze hebben beloofd dat ze alles op DVD zullen zetten en toe zullen sturen aan Marlene (die inmiddels slechte ervaringen heeft met dit soort zendingen uit Engeland, we zullen dus wel geduld moeten hebben, ik houd jullie op de hoogte… 🙂
De kampfotograaf maakt een officiele groepsfoto.
Aan het eind van de middag is de tweede voetbalwedstrijd; onze jongens winnen alweer.
Vervolgens komt de Camp Chief vertellen dat de lokale televisie nu ook nog een kwartier een rechtstreekse uitzending gaat verzorgen, en dat ze graag willen openen – live!! – met de klompendans. Het regent inmiddels behoorlijk, dus ze gaan met de jas over het uniform heen, op klompen naar de centrale tent. Daar moeten ze eerst onder toeziend oog van de aardige verslaggeefster even proefdraaien en vervolgens wordt de klompendans rechtstreeks uitgezonden. Het gaat ontzettend goed!
Daarna willen ze pannenkoeken bakken, maar helaas… het regent nog steeds. Overdag is het aardig, een graad of 18 en soms een bui, maar ’s avonds gaat het steeds harder waaien (windkracht 7) en er zijn nogal eens behoorlijke hoosbuien. Zo ook vanavond. Arno gaat nu centraal bakken, de jongens mogen hun bestellingen bij hem indienen. Dat gaat heel goed, maar er zijn er wat te weinig. Daarom krijgen ze allemaal wat geld om op het hoofdterrein een frietje te halen, en dat vindt dus iedereen hélemaal niet erg!
Ondertussen loopt tijdens een van de hoosbuien de leidingtent onder water. Zij evacueren zichzelf naar de grote tent, maar krijgen het zo langzamerhand wel een beetje koud.
De jongens vermaken zich daarna nog een tijdje bij de muziek. En ze maken contacten: Jamie heeft een leuk meisje ontmoet en Justin heeft zelfs een meisje gekust!! Inmiddels is het al lang weer “uit” want eigenlijk was ze helemaal niet zo leuk… De patrouille van Dennis heeft al een aantal mensen op de thee gehad en het haar van Tom wordt binnenkort gestyled door “een lekker wijf”…

Dinsdag 1 augustus
Ook vandaag moeten ze om acht uur opstaan, maar het gaat steeds moeizamer. Ze worden moe. Naast de (inmiddels standaard) kampactiviteiten moeten ze vanmiddag verplicht douchen. Er zijn twee douches op het subkampterrein, zodat ze er zo ongeveer de hele middag druk mee zijn.
Het valt nog steeds op dat de jongens vergeleken met de vorige keer erg weinig zakgeld uitgeven, terwijl er op het kamp allerlei leuke dingen te koop zijn (NB: dit is dus niet érg, het is alleen opvállend). Ze amuseren zich prima, nu ze gewend zijn aan de activiteiten (waar elke dag een paar nieuwe bijkomen), vinden ze ze erg leuk. Bovendien kunnen ze veel sporten op het subkamp, swoppen of gewoon een beetje kletsen. Ze vervelen zich geen moment.
Vanmiddag is ook de derde voetbalwedstrijd. Geurt stelt er terecht prijs op “succes-coach” genoemd te worden, want ze winnen al weer, al is het dit keer na het nemen van penalties.
Het thema van vandaag is “internationaal”, en daarom besluiten ze om vanmiddag de Hollanddag te houden. Ze maken er reclame voor in de kampkrant [die overigens digitaal ter beschikking schijnt te komen; tot op heden echter nog niet ontvangen, MM] maar ze verwachten er niet veel van. Tot ieders grote vreugde is het echter tussen twee en drie uur loeidruk op het terrein. Er komen wel 200-300 man. Op vier plekken bakken ze poffertjes, laten ze mensen koekhappen en delen ze kaas en drop uit. Er zijn ook al veel gastouders en het is hartstikke gezellig.
Vanavond is het Grote Gala Gokfestival. Helaas kan dat niet buiten, want ook voor vanavond is regen voorspeld.

Home Hospitality

Het home hospitalityprogramma begint langzaam maar zeker op gang te komen. De plannen zijn nu als volgt:

  • er is één groepje van zes jongens; vier van hen gaan in een caravan, twee in een huis (gastouders nog niet gezien);
  • er zijn twee groepjes van drie jongens (gastouders nog niet gezien);
  • de andere jongens gaan twee aan twee (deel van de gastouders al gezien; leuke mensen).

Er wordt nog steeds geschoven met adressen, maar ze blijven beloven dat het goed komt. Als het goed is, is er vrijdag meer nieuws!

Tot slot nog wat algemene opmerkingen

  • er komt elke dag heel veel post; hartelijk dank namens alle jongens!
  • de leiding dankt de ouders van Ignace voor hun post uit Noorwegen;
  • er is op het hele kamp geen ansicht te koop; ze hebben vandaag 160 kaarten gekocht die morgen worden geschreven en op de bus gaan;
  • de weersverwachting voor de komende dagen is slecht: niet al te warm en veel regen;
  • donderdag heeft het kamp voor alle “internationals” (= 1 Amerikaan, 1 Deen, een aantal Ieren en onze 34 Nederlanders) een dagje Londen georganiseerd; met de bus gaan ze eerst naar Gilwell Park (heel beroemd in Scoutingkringen. Het park (in Epping Forrest bij Londen) is het terrein waar Robert Baden-Powell zijn eerste training geeft voor scoutingleiders, de Gilwelltraining. Het terrein komt in 1919 in handen van scouting. Robert Baden-Powell besluit er een trainigscentrum voor kaderleden van te maken en een kampeerterrein voor scouts uit Oost-Londen.  Daar mogen ze vrij rond kijken en daarna volgt een rondrit door Londen langs alle bezienswaardigheden waar ze vorige week ook al waren; deels is dit misschien jammer omdat ze al in Londen geweest zijn, aan de andere kant is het ook wel heel erg leuk om het nog eens van een andere kant te zien;
  • de groep blijft gezellig, positief en gewillig; erg prettig voor de leiding!
  • het Engels van de jongens gaat erg goed; eerst vonden ze het een beetje eng, en natuurlijk is de een er beter in dan de ander, maar nu draaien ze er hun hand niet meer voor om. Zo hebben ze vanmiddag tijdens de Hollanddag gewoon iedereen bij de poort in het Engels welkom geheten!

NU KUNNEN WE LATER ZEGGEN DAT WE ER GEWEEST ZIJN

Vrijdag 4 augustus, veel eerder dan verwacht, gaat de telefoon. Het had zelfs nóg eerder gekund als de telefoon in de telefooncel beter had gewerkt. Een nieuwe telefooncel bood uitkomst. Terwijl Martijn de foto’s doorstuurt, geven Peter en Tijmen het volgende deel van hun reisverslag door.

Dinsdag 1 augustus
Peter en Arno kijken na het telefoontje nog snel even naar de internetsite. Ook draaien ze de fanmail uit voor de jongens (wederom hartelijk dank namens iedereen, de jongens stellen de berichtjes erg op prijs!) en dan rijden ze terug naar het kampterrein. Helaas… ze komen in de file terecht waardoor ze te laat zijn voor het eten. Dat is onhandig, want ze moeten op tijd klaar zijn voor het Grote Gala Gokfestival (GGG). Ze sturen dus snel even een sms’je dat de rest van de groep gewoon de planning moet volgen.

Het Grote Gala Gokfestival (GGG)
Onze groep organiseert dit Gokfestival al jaren op dit soort kampen. Het is een spel dat je erg goed met veel mensen kunt spelen. Je krijgt per persoon een bepaalde hoeveelheid (nep)geld, dat je kunt besteden bij allerlei gokactiviteiten. Er zijn voor iedereen wel leuke dingen bij om te doen (kaartspelletjes, paardenraces e.d.). Ondertussen kun je ook geld besteden aan “messages”: een kissmessage als je iemand erg aardig vindt, of een hate-message als je iemand juist helemaal niet leuk vindt. De groep die met z’n allen aan het eind van de avond het meeste geld heeft verdiend is de winnaar, maar het belangrijkste is dat je met iedereen in contact komt en gezellig kunt kletsen.
Ze hebben het heel goed voorbereid. Alle groepen uit het subkamp hebben tevoren via de organisatie een brief gekregen, waarin is uitgelegd wat er van hen wordt verwacht: elke groep moet een of meer gokspelletjes regelen die de kinderen kunnen doen, en iedereen moet in “gala-kleding” verschijnen.
Omdat er regen is voorspeld, hebben ze twee grote tenten (met een tussenruimte van ongeveer 100 meter) gereserveerd op het hoofdterrein.
Iedereen zet in die grote tenten zijn spellen klaar en de deelnemers trekken hun nette kleren aan. De ruimte is een beetje krap, maar eigenlijk is dat ook wel heel erg gezellig.
Om acht uur is de opening. Het plenst ondertussen van de regen, dus het is goed dat ze het spel in de tenten hebben ingericht. Martijn klimt op een tafel en probeert, met hulp van de geluidsinstallatie van Robert, boven de menigte uit te komen. Pas als een van de Engelse leidsters luidkeels om “silence” verzoekt, wordt het muisstil. Na de uitleg over de spelregels rent iedereen enthousiast naar de stands toe. Er zijn heel veel verschillende gokspelletjes waaronder een levende fruitmachine en een “fretten-race”, zoals bij ons vroeger wel eens op tv te zien was met marmotten. Onze jongens hebben elk één uur vrij en één uur dienst. Tijdens dat dienst-uur helpen ze bij alle overkoepelende activiteiten, zoals assisteren bij de bank (waar Martijn en Tijmen de scepter zwaaien), het versturen van de messages en zelfs een “parapluservice” waarmee ze voor 50 rhines mensen onder een grote paraplu droog naar de andere tent laten lopen.
Het spel verloopt geweldig. De kinderen zien er allemaal prachtig uit (avondjurken, smoking e.d.) en iedereen geeft enthousiast zijn “rhines” uit bij de activiteiten. Ondertussen kan je ook kiss- of hate-messages laten versturen aan iemand die je leuk vindt (of juist niet). Frans en Peter beheren het messagesbureau. Als iemand (tegen betaling natuurlijk) een message wil laten versturen, moet hij opgeven om wie het gaat en bij welke groep hij/zij zit. Een van onze eigen jongens brengt vervolgens de boodschap over aan de contactpersoon van de betreffende groep, die het “slachtoffer” daarna met lippenstift een hartje op de wang moet tekenen (kissmessage) of met een waterpistooltje nat moet spuiten (hate-message).
De deelnemers vinden het prachtig, de Engelse leiding in eerste instantie niet. Het is in Engeland namelijk absoluut niet toegestaan om op een of andere manier “aan de kinderen” te zitten. Hoewel daar voor een deel natuurlijk wel wat in zit, is hun reactie op dit spel in onze ogen behoorlijk overtrokken. Het messagebureau heeft het in het begin dan ook enorm rustig, later krijgt iedereen de smaak te pakken en wordt het een gekkenhuis.
Om kwart voor tien, op het hoogtepunt van de avond, besluiten ze te stoppen. Iedereen vindt dat jammer, ze zeuren om langer door te gaan, maar het is goed zo. Het grote geldtellen gaat beginnen. De groepen tellen eerst hun eigen geld en brengen het dan naar Martijn en Tijmen ter controle. Na een boel rekenwerk komt er een winnende groep uit de bus die de volgende morgen bij de opening hun prijs krijgt (een van de relatiegeschenken). Iedereen, zowel de deelnemers als onze eigen groep, is ontzettend enthousiast over het spel!
’s Avonds na half elf leest Geurt het volgende hoofdstuk uit zijn boek voor. De jongens gaan het verhaal steeds beter begrijpen en zijn er erg enthousiast over. Tot genoegen van Geurt praten ze er met hem heel veel over (en ze moeten jullie zelf maar zien uit te leggen waar het precies over gaat… 🙂 )

Woensdag 2 augustus
Het is de bedoeling om vandaag uit te slapen, de jongens mogen daarom niet vóór half tien de tent uit komen, láter mag wel. Helaas schalt ook deze ochtend al vroeg het “Good morning Nailer” (plus een al dan niet toepasselijk muziekje) uit de luidsprekers. En de buren maken zoals altijd ook weer behoorlijke herrie. Thijs is als enige te vroeg buiten, de anderen komen vanaf half tien naar het ontbijt dat de leiding in de centrale tent heeft klaargemaakt. Het gaat er erg relaxed aan toe (zo ongeveer als een zondagochtend-ontbijtje thuis).
Vier jongens gaan naar zelfverdediging, de anderen doen niet veel. Ze bekijken even de nieuwe, grotere, ScoutShoptent, waar van alles te koop is, maar verder doet iedereen het rustig aan, zowel ’s morgens als ’s middags. Ze slenteren wat rond, hangen wat, en komen veel kletsen. Dit alles in de positieve zin van het woord, want het is enorm gezellig en het is duidelijk dat ze deze dag nodig hebben om even bij te komen van alle drukte.
’s Middags komt de hoofd-kampleider langs om te praten over de hospitality. Hij heeft de adressen nog steeds niet rond, en denkt dat het niet meer voor elkaar gaat komen. Ze missen nog plekken voor acht jongens! Tot zijn verbazing gaat de leiding er mee accoord dat de jongens eventueel in hun slaapzak op een tweepersoonsbed moeten liggen, of zelfs dat ze op hun eigen matje moeten slapen! (In Engeland is zoiets volledig uitgesloten). Hij belooft vervolgens dat hij doorgaat met zoeken naar adressen.
Vervolgens komt de subkampleiding langs, behoorlijk in paniek. Er wordt voor vanavond storm voorspeld (windkracht acht tot negen). Alles in het kamp moet stevig worden vastgezet. De organisatie is dermate in de stress dat ze deze boodschap steeds maar blijven herhalen. Ze geven de instructie dat iedereen op tijd naar bed moet en dat de jongens na twaalf uur vannacht de tent niet meer uit mogen komen. Uit alles blijkt dat ze geen ervaring hebben met dit soort situaties. En dat is jammer. Weliswaar hebben ze gelijk dat je met storm de nodige dingen veilig moet stellen, maar dat is nog geen reden om in paniek te raken.
Onze leiding verbaast zich trouwens sowieso over de Engelse collega-leiding. Zo wordt er ’s avonds bij de subkampvergadering zeer verontrust en zeer serieus gesproken over een auto die linksom reed op het kampterrein in plaats van rechtsom, en over een jongen die zomaar over een hek is geklommen… Maar ze geven de groep wel een groot compliment voor de organisatie van het GGG, en dat is natuurlijk fijn om te horen.
Ze halen de keukendaken naar beneden en zorgen dat alle Hollandpromotieborden binnen liggen. De voetbalwedstrijd van die middag gaat niet door, wat te begrijpen is, maar verder valt alles reuze mee. Het koken is wat lastig, daarom kookt elke patrouille in het voorste deel van de eigen tent, zodat het gas niet uitwaait. Dat gaat prima. Ze eten rijst met een sausje waarvan het fourageteam het etiket niet helemaal goed had gelezen. De saus is “very hot”. Een aantal jongens vindt het heerlijk en kan er geen genoeg van krijgen, anderen vinden het te heet en vragen continu om extra rijst en water.
’s Avonds is er een officiele swop-avond, waar heel veel mensen op af komen in de grote tent. Maurice, Christian en Mitchell zijn onze swopkampioenen, maar de anderen hebben ook al heel veel weten te bemachtigen.
Vervolgens zou er in principe een “gangshow” zijn, een muzikale avond met leuke scoutingliedjes en -acts, gezongen en opgevoerd door een scoutinggroep die dat als hobby doet. Helaas blijkt ook nu weer de onervarenheid van de kampleiding: hoewel er regen (en storm) is voorspeld, staat de Gangshow buiten in de openlucht gepland (in plaats van in een van de grote tenten). De voorstelling wordt dan ook al snel afgelast… De jongens zitten er niet mee, ze vinden het heerlijk om vrij te hebben en aan het eind van de avond spelen ze in hun eigen grote tent en op hun eigen verzoek met het grootste deel van de groep nog het maffiaspel. Succes verzekerd!

Donderdag 3 augustus
Vandaag gaan ze voor de tweede keer naar Londen. Ze moeten al om negen uur weg, om kwart voor acht komen de eersten slaperig de tent uit. De leiding moet hen manen om op te schieten: wassen, aankleden, eten, lunchpakket klaar maken, tent opruimen… en dan weg. Ieder land heeft een eigen bus [die ene Deen en dat handjevol Ieren zal een gewone auto hebben gehad? moet ik nog navragen… 🙂 MM]. De bus is veel te groot voor 32 mensen (Arno en Peter doen ondertussen achterstallige klusjes op het kampterrein). Het is jammer, want de dag was bedoeld voor de internationale contacten en die doe je niet op als je in een eigen bus zit. Kennelijk heeft de organisatie dat niet helemaal begrepen… 🙂
Ze rijden in twee-en-een-half uur naar Gilwell Park (in de buurt van Londen). Het is een nogal saaie weg, maar in de bus hebben ze het erg gezellig. Om half twaalf worden ze ontvangen door gids Jacky die een uur lang een rondleiding geeft over het terrein. De scouting-historisch gezien belangrijke informatie is helaas niet aan onze jongens besteed, ze zijn totaal niet geïnteresseerd. Martijn maakt een prachtige foto van Ignace, Maarten en Christian, die verveeld voor zich uit kijken. En zelfs de leiding vindt het saai. Erwin wordt overmoedig bij het borstbeeld van Baden Powell en voert hem een pakje drinken. Dit valt nogal op vergeleken met de Ieren, die even later een plechtige groepsfoto maken bij datzelfde standbeeld! De gids is streng, je mag bijvoorbeeld niet op de bankjes zitten omdat ze daar niet voor hebben betaald.
Na een uur zijn ze terug bij de bus, waarna ze kunnen kiezen voor sightseeing (tocht door Londen; alleen Thijs en Robin hebben belangstelling) of een bezoek aan Hamleys, de grootste speelgoedwinkel van de wereld (de rest). De bus stopt in de buurt van het enorme reuzenrad omdat een van de jongens misselijk wordt [geen mail gehad? dan was het niet jouw verkenner!].
Daarna gaan ze in stevig marstempo lopend verder tot aan de winkel. Omdat je meestal slentert in een grote stad, maakt de tocht behoorlijk wat indruk op de jongens. Tom, Justin, Jamie, Simon en Job besluiten eerste en milkshake te halen bij McDonalds, daarna hebben ze ongeveer een half uur de tijd in de winkel die echt enorm groot is. Maar liefst vier tot vijf verdiepingen vol met al het speelgoed dat je maar kunt bedenken. Superveel, variërend van heel goedkoop tot wel achtduizend (!) pond (maar dat spel is dan ook met goud en diamanten versierd).
Ze moeten om tien voor vier terug zijn bij de bus. Slechts één persoon is wat te laat, en dus… moet hij die avond op het kampterrein blijven. Regels blijven regels!
Via de buitenwijken van Londen rijden ze terug naar Nailer. Onderweg geeft Martijn uitleg bij allerlei bezienswaardigheden. Ze rijden onder andere door een heel dure wijk met mooie, grote, beveiligde auto’s.
Tom geeft aan dat “hij best wel moe is, maar geen zin heeft om te gaan slapen”. Vervolgens valt ongeveer drie kwart van de bus lekker in slaap…! Na de inmiddels gebruikelijke file rijden ze nog naar een supermarkt waar de jongens wat inkopen kunnen doen. Sommigen noemen dat “het leukste moment van de hele dag”.
Arno en Peter hebben ondertussen op het kampterrein de nodige klussen gedaan, ook hebben ze centraal gekookt zodat de jongens meteen kunnen eten. ’s Avonds hebben ze vrij. Om negen uur is een kampvuur gepland, maar na een minuut of tien gaan ze daar weer weg. De organisatie heeft de disco er namelijk vlak naast gezet… zodat je totaal niks kan verstaan, hoewel het er wel leuk uitziet. Ook dit is waarschijnlijk weer een voorbeeld van de onervarenheid van de organisatie. De jongens vinden het echter totaal niet erg om vrij te hebben.
Bij de evaluatie van vandaag zijn de reacties verschillend. Sam vond het tijdverspilling, ook anderen geven aan dat ze liever op het kampterrein hadden willen blijven. Sem bekijkt het anders: hij vond het nu niet leuk, maar hij denkt dat het goed is dat hij later kan zeggen dat hij er geweest is. Remko noemt het goed dat ze toch nog veel gedaan hebben die dag, want anders zou die ene verkenner voor niets gekotst hebben…
Ze houden later nog ereraad met de jongste en de één-na-jongste verkenner van iedere patrouille (in plaats van de gebruikelijke PL en APL). Een leuke ervaring, zowel voor de leiding als voor de verkenners. De jongens praten enthousiast mee.

Vrijdag 4 augustus
Frans en Henk hebben de hele week al het plan gehad om een geintje uit te halen bij de flag-break. De vlag hangt als een soort pakketje in de mast, iemand moet aan het touw trekken zodat de vlag “uit valt”, en iedereen salueert heel plechtig. Nederlandse scouts zijn zo langzamerhand over dit soort dingen heen gegroeid. Engelsen vatten deze ceremonie heel serieus op, daarom hebben ze het geintje zo lang mogelijk uitgesteld, maar vandaag moest het er dan eindelijk van komen. Frans en Henk zijn in de grote tent gaan slapen, met de wekker op vier uur. Vervolgens hebben zij in alle vroegte de Engelse vlag uit de mast gehaald en daar de Nederlandse vlag (in een zelfde keurig pakketje) voor in de plaats gehangen.
Bij de flag-break weten de jongens van niks, maar onze leiding staat natuurlijk met fototoestellen in de aanslag klaar. Iedereen staat keurig in de houding, een meisje loopt naar voren om aan het vlaggentouw te trekken, en dan… blijkt het dus de Nederlandse vlag te zijn! Iedereen in verwarring. Moeten Engelsen salueren naar de Nederlandse vlag? En hoe zouden ze het opvatten? Ze proberen eventuele boosheid in de kiem te smoren door de Engelse vlag, keurig opgevouwen, in een attaché-koffertje aan te bieden. Frans en Henk lopen heel netjes met dat koffertje naar voren en geven aan dat ze ’s nachts de Engelse vlag buiten zagen hangen, en dat ze ‘m maar binnen gehaald hebben omdat Engelsen hun vlag altijd zo met respect behandelen… Iedereen moet lachen en het is dus goed afgelopen!
De jongens vertrekken daarna naar de activiteiten. Het is lekker weer, een graad of 23 en de meesten lopen gewoon weer in een korte broek.
Tijmen en Peter werken de financiën uit: er zijn nu twee weken voorbij en de jongens mogen voor de derde week weer zakgeld opnemen.
Geurt en Peter proberen daarna met de campchief de laatste hospitalityproblemen op te lossen. Er zijn nog steeds (en het is inmiddels al vrijdagmiddag!) zes plaatsen tekort. De kampleider doet de suggestie om die zes maar mee naar het clubhuis te nemen en vervolgens op een bepaalde tijd te wisselen. Onze leiding accepteert dit dus niet. Ze hebben al zolang beloofd dat het goed zou komen, dus… móét het nu ook goed komen. Dat helpt. De kampleider belt ter plekke nog iemand op die zonder de minste problemen bereid is om twee jongens in huis te nemen. En ook voor de laatste vier wordt een prima plekje gevonden (onder andere door in een aantal gezinnen drie in plaats van twee jongens te plaatsen).

Tot slot nog wat algemene opmerkingen
De indeling in hospitality-koppels is door al het geregel nogal gewijzigd. Alle ouders hebben vrijdgavond een e-mail gekregen met de definitieve indeling. Op dit moment heb ik per groepje alleen een naam van de gastouders. De leiding heeft hen inmiddels allemaal ontmoet, het zijn stuk voor stuk bijzonder leuke mensen, waar ze alle vertrouwen in hebben. Dat het zo lang duurde lag zeer zeker niet aan deze mensen! Zo mogelijk krijg ik de komende dagen nog een adres of telefoonnummer. De leiding zit echter vlak in de buurt in een clubhuis en is altijd bereikbaar.
Het wordt haast saai, maar het gaat met iedereen dus echt heel goed. Het is een echte “praatgroep”, ze kletsen veel en gezellig. Vooral Martijn voert vele filosofische gesprekken met de jongens. Levensvragen als “wat zijn atomen”, of “hoe zou de wereld in elkaar zitten als ik niet geboren was” komen uitgebreid aan de orde. Job, Justin en Ignace zijn de grootste filosofen van de groep.
De jongens worden natuurlijk wel moe. Daardoor zijn ze soms een beetje geprikkeld, maar dat is niet meer dan normaal en totaal geen probleem. Een ruzietje is na vijf minuten altijd weer helemaal uitgepraat.
De leiding meldt dat ze zelf onderling nog helemaal geen ruzie hebben, maar dat de discussies soms hoog oplopen (met name over de “strafmaatregelen”!  :-)).

ZONDER JULLIE WAS HET SUBKAMP NIET GEWORDEN WAT HET WAS

Maandag aan het eind van de middag. Via e-mail komen er weer twee zendingen foto’s binnen. Plus een enthousiast stukje van de leiding; zij willen nu eindelijk ook wel eens in de “fanmail” verschijnen… Even later gaat ook de telefoon met de laatste nieuwtjes. Na de kater van het einde van het geweldige kamp, is nu het Grote Uitrusten begonnen!

Vrijdag 4 augustus
Peter en Martijn komen (vanwege het e-mailen en het bellen) te laat voor de ereraad, die vandaag ’s middags al wordt gehouden omdat er straks na de sluiting geen tijd meer voor is. Ze bespreken met de jongens vooral de planning van de afbraak: hoe gaat het opruimen, en wie breekt wanneer welke tenten af. Geurt leest ook het een-na-laatste hoofdstuk van zijn boek voor.
Dan is het vijf uur en gaan ze koken: aardappelen, maiskolven en bloemkool. De jongens vinden het heerlijk. De leiding helpt nog wel in hun “eigen” patrouille met koken, maar ze eten heel bewust in een andere patrouille. Zo proef je -al is het aan het eind van het kamp- ook nog eens de sfeer in een ander groepje.
Na het koken wassen de jongens hun eigen spullen extra goed af, ze schuren de pannen en het gasstel met brillo. Vervolgens brengen ze alles, inclusief de etensrestjes, bij de leiding die het centraal inpakt. Het is met het oog op de terugreis namelijk een stuk handiger om dat zo economisch mogelijk te doen: vier afwasteiltjes op elkaar gestapeld nemen minder ruimte in dan één teiltje per keukenkist! Enkele patrouilles breken hun keuken vast af, anderen wachten daar nog even mee.
Daarna is de subkampsluiting. Het is een mooie bijeenkomst, en omdat ze zo langzamerhand heel goede contacten hebben met alle groepen en de subkampstaf, is het ook emotioneel. Er worden wat algemene woorden gesproken, waarbij de gezelligheid veel genoemd wordt. Onze jongens hebben groot respect gekregen, iedereen heeft veel nieuwe vrienden gemaakt, vooral door hun aanwezigheid, ze krijgen veel applaus! Ze krijgen van de buren een mooi vaandel aangeboden.
De Nederlandse vlag, vanmorgen als geintje gehesen, hangt de hele dag nog in het kamp. Tijdens de sluiting haalt de subkampleiding de vlag netjes naar beneden en biedt hem weer aan onze groep aan. Bovendien krijgen ze het subkamplogobord cadeau (zie foto’s; net zo’n bord als wij hebben van ons logo, maar dan met “Rhine” er op), waar alle andere groepen iets aardigs achterop hebben gezet. Belangrijke conclusie van de subkampleiding: “Het subkamp zou niet zo geweest zijn als het was, als jullie er niet geweest zouden zijn”. Waarvan akte!
Vervolgens lopen de jongens en bijna alle leiding op klompen naar het centrale terrein voor de sluiting. Ondertussen gaat de rest van de leiding door met het pakken van het materiaal. Er staat nog veel buiten, en zo’n laatste kampavond is vaak een soort “trofee-avond”: mensen proberen dan nog (illegaal!) allerlei “souveniers” te verzamelen. Het loont daarom de moeite om alles veilig op te bergen (koeien, narcissen, tulpen, borden).
De jongens wachten ondertussen ongeveer een uur op het centrale middenterrein, waarna de officiele sluiting volgt. Het is erg leuk. Er is een zanger met Robbie Willams-repertoire. Sommigen vinden dat helemaal niks, anderen genieten (Alexander helemaal uit zijn dak). Vervolgens wordt alle overkoepelende organisatie op (rock)muziek bedankt (de catering, de activiteitenmedewerkers e.d). Van zowel de scouts, als de guides als de welpen moet
één vertegenwoordiger even kort iets zeggen. De organisatie verwacht ook een woordje van ons, maar als de jongens dat horen staan ze midden op het volle terrein; het lukt dus niet om op tijd op het podium te zijn.
Alle vlaggen worden gestreken (Auke en Robin doen dat voor ons) en als laatste gaat de scoutingvlag naar beneden. Ondertussen is er swingende muziek, en daarna een gi-gan-tisch mooi vuurwerk. Het is heel apart om al swingend uit je dak te gaan met boven je hoofd zo’n prachtig vuurwerk. Al met al is het volgens de leiding een van de leukste sluitingen sinds jaren.
De disco is vanavond tot twaalf uur open; de leiding besluit om niet moeilijk te doen op deze laatste avond: iedereen moet om uiterlijk kwart over twaalf terug zijn op het kamp. Eerder mag natuurlijk ook. Het overgrote deel van de groep verdwijnt de disco in, maar sommige jongens zijn al om half elf terug en gaan vast naar bed. Anderen zijn ook vroeg, maar blijven nog heel gezellig kletsen bij de leiding (onder andere Thal, Alexander, Erwin en Willem). Het is onduidelijk wie dat het meest gezellig vindt: de jongens of de leiding!

Zaterdag 5 augustus
De volgende morgen is het al vroeg loeiheet, om acht uur houdt niemand het meer uit in de tent. Ze ontbijten centraal en daarna begint het vervelendste werk van het hele kamp: alles afbreken en opruimen. De persoonlijke bagage moet ingepakt worden, de tent moet neergehaald en schoongemaakt. Omdat het gras onder het grondzeil is gaan broeien, stinkt dat behoorlijk, wat het schoonmaken er niet makkelijker op maakt.
De patrouille van Tom ontdekt nog iets bijzonders. Sjoerd Q had de hele week beweerd dat er muizen om zijn hoofd kropen, onder het tentzeil. Omdat dat een vreemd verhaal was, is hem elke keer weer verteld dat hij zich dat verbeeldde. Maar… als ze die morgen de tent neerhalen… zien ze een compleet muizennest onder de grond met minstens twintig krioelende muisjes! Sjoerd haalt daarmee zijn gelijk. De jongens vinden het prachtig, de muizen vinden het vervelend, maar die krijgen -nu het kamp is afgelopen- weer rust!
De jongens zijn ondertussen niet meer vooruit te branden. Ze liggen wat op hun bagage, zuchten diep en zijn moe. Natuurlijk doen ze wel iets als je het vraagt, maar het spontane is er wel af! 🙂
Om tien uur roepen ze de subkampleiding bij elkaar. Ze bedanken elkaar wederzijds voor alles: de jongens hebben het uiteindelijk ontzettend naar hun zin gehad op het kamp, en subkampleiding is onder de indruk geraakt van de groep. Ze krijgen allemaal een oranje t-shirt en een schildje als bedankje. Subkampleidster Debbie is helemaal in tranen…
Dan gaan ze nog even langs bij de buren en Jamie moet op het laatst van maar liefst vier vriendinnen afscheid nemen!
Om half elf worden Job en Simon als eersten opgehaald door hun gastouders. Vooral Job is helemaal enthousiast over de enorm grote auto waar ze in mogen gaan zitten. Ondertussen blijft de rest maar wat rondhangen. Het wordt steeds warmer, dus de schaduw onder de Laro en onder het dak van de grote tent is een gewild plekje om in te liggen.
Tegen twee uur vertrekken de laatsten. Hun gastouders hebben de hele week op het kamp gestaan en moeten dus eerst hun eigen spullen afbreken. Natuurlijk stappen ook deze jongens aan de “verkeerde kant” van de auto in… Hilariteit alom! Het afscheid is typerend voor deze groep: alle jongens geven de leiding een hand, de meesten omhelzen hen zelfs.
Als iedereen vertrokken is, rijden Arno, Henk en Robert in een half uurtje met de Laro naar het grote clubhuis waar de leiding de komende dagen zal blijven. De rest van de leiding loopt naar een pub in de buurt en gaat zich te buiten aan een lekker glas bier. Tegen de tijd dat ze terug zijn op het kamp is Robert dat ook om hen op te halen. Om vijf uur zijn ze in Overstone, een enorm scoutingterrein dat erg doet denken aan Overasselt (het trainingscentrum van Scouting Nederland): een mooi gebouw, een prachtig heuvelachtig terrein, douches, bedden en vooral… rust!